Waar kies je voor Groene Hoekjes?
Met de Groene Hoekjes kun je snel en eenvoudig stukjes voetpad, straathoek, plekjes onder bomen ontharden en vergroenen. Maar hoe kies je deze locaties?
Elke ontharde vierkante meter is winst.
Waar hou je best rekening mee?
Op sommige plaatsen is het zinvoller om hier eerst werk te maken van Groene Hoekjes. Op zoek naar de ideale locaties, stel je best volgende vragen:
- Waar is de verhardingsgraad het grootst?
Via Provincies in Cijfers kan je tot op buurtniveau de verhardingsgraad bekijken. - Waar is er te weinig groen volgens de nieuwe groennorm?
De nieuwe groennorm of 3-30-300 regel is duidelijk. Elke woning heeft nood aan 3 zichtbare bomen, 30% ‘klimaatgroen’ in zijn omgeving en toegankelijk groen op 300 meter. Op Provincies in Cijfers kan je ook het groenaanbod bekijken tot op buurtniveau. Zo kan je bepalen waar Groene Hoekjes voor extra zichtbare bomen en klimaatgroen kunnen zorgen. - Waar is infiltreren extra zinvol?
Het infiltratiepotentieel van een locatie is afhankelijk van het watersysteem en het bodemtype. Op plekken met een hoger infiltratiepotentieel is het nóg interessanter om te ontharden. Hier dragen Groene Hoekjes meer bij aan extra grondwateraanvulling. - Waar extra inzetten op wateroverlast?
In overstromingsgevoelige gebieden is het belangrijk om ruimte voor water te creëren. Bekijk waar het risico op wateroverlast bij hevige neerslag groot is.
Extra subsidies Lokaal Energie- en Klimaatpact
Je kan de Groene Hoekjes in jouw gemeente ook indienen voor het LEKP. Probeer bij het aanvragen van je Groene Hoekje te kiezen voor plekjes van minstens 10m² en vraag waar het kan zoveel mogelijk bomen.